Bijdrage Programmabegroting
Als ChristenUnie fractie willen we staan voor een politiek van hoop. Dat betekent een blik vooruit, waarbij je perspectief ziet op een betere toekomst. Daarbij gaan wij ervan uit dat we als mensen gemaakt zijn om naar elkaar om te zien. Dat vraagt om een samenleving waarin mensen elkaar de hand reiken en gestimuleerd worden om samen te werken er te zijn voor anderen. Op die manier hebben we naar de Kadernota gekeken, maar ook naar de vertaling daarvan in deze Programmabegroting.
En naar deze Programmabegroting kan je op twee manieren kijken. Enerzijds positief en hoopvol, want het is ons als gemeente toch gelukt, hoewel ook met een aantal pijnlijke maatregelen, om een begroting te maken die sluit. We zijn met elkaar in staat geweest om de tegenvallers die m.n. van het Rijk komen om te buigen. En het is ons gelukt om veel maatschappelijke organisaties die goed en belangrijk werk doen te ontzien, in het bijzonder het behoud van de minima regelingen en de ondersteuning van vrijwilligers. Daar danken we het college ook voor.
Maar daarmee zitten we tegelijkertijd ook aan de grenzen van wat we als gemeente aankunnen. En dat is dan ook de tweede invalshoek. Want met deze begroting is er vrijwel geen lucht meer te vinden. De grenzen van groei zijn bereikt. Ja voor 2025 kunnen we een jaar vooruit, maar het meerjarenperspectief is naar onze mening erg strak waarbij we weinig tegenvallers kunnen hebben. De ChristenUnie fractie wil er daarom vandaag 6 onderwerpen kort uit lichten die voor ons in het oog springen:
1. We zien allereerst veel extra lasten voor onze inwoners. Lastenverhoging hoort erbij in moeilijke tijden, maar in deze programmabegroting stijgen de lasten stevig. Zo stijgt de OZB met 30% boven op de inflatie. Een grote impact op de woonlasten van vrijwel alle inwoners. De ChristenUnie fractie had daar, zoals u weet, graag andere keuzes in gemaakt. We maken ons zorgen over de betaalbaarheid van voorzieningen die door alle inwoners worden gebruikt.
3. Veel grote projecten leidt tot een hoge schuldquote (139%). In de meerjarenbegroting zijn we ambitieus. 5 IKC projecten in 4 jaar en de bouw van een mega theater. Samen goed voor minstens 120 miljoen aan investeringen. Daarover een aantal vragen aan het college. Hoe realistisch is het dat we al deze projecten binnen 4 jaar gaan uitvoeren? Niet alleen in financiële zin, maar is er wel voldoende capaciteit en expertise om al deze grote projecten tegelijkertijd in goede banen te leiden? En wat vindt de wethouder financiën zelf van de stevig oplopende schuldquote? En waar ligt, heel concreet, voor het college de grens van de groei van de schuldquote?
4. Theater is niet opgenomen in het meerjareninvesteringsplan (MIP). Onze fractie vindt het merkwaardig dat het grootste project van deze gemeente niet wordt opgenomen in de meerjarenraming. Temeer omdat dit in de huidige begroting leidt tot een te rooskleurig beeld van de schuldpositie die de gemeente de komende jaren opbouwt. Dit klinkt technisch, maar is voor onze fractie wel degelijk belangrijk omdat het gaat over de vraag hoe risicovol je met elkaar deze gemeente wilt besturen. Daarom dienen wij een motie in om het theater ook op te nemen in het MIP.
6. Tot slot uiten we nogmaals onze zorgen over het groenonderhoud. Daarin staan we niet alleen. Goed onderhouden groen zorgt voor een goede leefomgeving en heeft direct invloed op het welzijn van inwoners. Dat willen we daarom nogmaals benadrukken en zullen we ook blijven monitoren in 2025.
