Wat drijft een ChristenUnie politicus? (toespraak Dick Roodbeen)
Op 26 mei werd ik gekozen als lijsttrekker van de ChristenUnie voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen. Hieronder een korte samenvatting van mijn visie/missie/doelen, uitgesproken direct na mijn verkiezing als lijsttrekker.
Op 26 mei werd ik gekozen als lijsttrekker van de ChristenUnie voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen. Hieronder een korte samenvatting van mijn visie/missie/doelen, uitgesproken direct na mijn verkiezing als lijsttrekker.
God geeft ons in Zijn woord de opdracht deze aarde te bouwen en bewaren. Zie de opdracht aan Adam. En dit tot Zijn eer en welzijn van allen. Een cultuuropdracht, met tevens de opdracht tot het dienen naar onze naaste. Dichtbij en veraf.
Dit betekent voor de ChistenUnie politicus:
Te geloven dat:
- God ons heeft geschapen naar Zijn beeld en gelijkenis;
- wij door de zondeval dat beeld en die gelijkenis hebben geschonden;
- wij desondanks de opdracht hebben gekregen en het vermogen om de aarde te bouwen en bewaren; dat kan doordat door Zijn Zoon ons verlossing is gebracht.
Te werken aan:
- het onderhouden van Zijn geboden met de opdracht God lief te hebben boven alles en onze naaste als onszelf;
- Gods eer te zoeken en het welzijn voor onze naaste, dat betekent onszelf wegcijferen;
- het leven van oorsprong tot einde te respecteren en beveiligen;
- milieubescherming;
- goed doen aan armen en verdrukten, zieken en gehandicapten;
- eerlijkheid en zuiverheid in de politiek;
- andersdenkenden niet de maat te willen nemen maar vooral door Woord en Daad te getuigen van het goede;
- niet hoogmoedig maar juist nederig van hart in woorden en daden te zijn.
- vrede te betrachten met mensen, of ze het nu wel of niet met ons eens zijn.
- de maatschappij naar Bijbelse normen in te richten;
- de democratische rechten van een ieder te respecteren;
- het waarborgen van godsdienstvrijheid voor een ieder evenals de vrijheid van inrichten van het onderwijs;
- goddeloze en zedenkwetsende zaken niet te tolereren en financieren maar bestraffen tot verbetering van het gedrag;
- het genieten, dus niet met de rug naar de wereld, van de goede gaven die door God zijn gegeven aan mensen in kennis, sport, toneel, dans, kunst, wetenschap, enzovoorts;
- de vreemdeling en ontheemde een goed thuis te geven;
- een democratie als beste vorm van staatsinrichting met een invulling naar persoonlijk (geloofs)overtuigen zonder anderen te dwingen deze overtuiging over te nemen.
Met als toekomst:
biddend wachten op de Grote Dag die beloofd is, de tranen van onze ogen zullen worden afgewist en wij mogen wonen bij God Drie-enig in het nieuwe Jeruzalem; dat is het einde van deze wereld en het begin van Gods eeuwige Rijk in de nieuwe Hemel en op de nieuwe Aarde, waar gerechtigheid zal wonen. En daar is geen democratie meer nodig, God is alles in Allen.
Dick Roodbeen
Veenendaal, 26 mei 2005
